vrijdag 21 februari 2014

MICHAEL HESSEL: OVERTUIGD PROVO

Michael Hessel is vijftien jaar, komt uit Den Haag, verblijft op het ogenblik in Overberg en bezoekt de Koningin Juliana-ULO te Veenendaal.
Tot dusver niets bijzonders.
Maar hij is ook nog hoofdredacteur van het blad Questione di Verita (Vraag de Waarheid) en een overtuigd provo.
Ondanks de zenuwachtige indruk die hij wekt, spreekt hij rustig en weloverwogen als hij zegt: "Veenendaal zit vastgeroest aan oude opvattingen en daarmee bedoel ik ook de Veenendaalse jeugd".

Michael Hessel draait een sigaret van zware tabak, klopt het gemorste van zijn paarse, ribfluwelen colbert en zegt: "Soms zou je ze wel wakker willen schudden, maar ik ben tegen geweld en dan begin je maar 'n discussie; al heeft dat vaak weinig zin".
Happenings vindt Michael zinloos. "Als je mensen van een bepaalde mening wilt overtuigen is het natuurlijk dom dat door middel van vernieling te doen of een beeld wit te schilderen dat op het moment, waarop ze nog niet van je mening zijn overtuigd, veel waarde voor hen heeft. Daarmee jaag je ze tegen je in het harnas.
Er is toch al zoveel ellende. Nee, je moet rustig met de mensen kunnen praten, alhoewel zij daar zelf natuurlijk ook bereid toe moeten zijn".

Hij is tegen geweld, tegen oorlog, beweert nooit een wapen te zullen aanraken, tegen onze huidige regering, tegen jazz, tegen de handelswijze die de politie er soms op na houdt, tegen het koningshuis.
Waartegen eigenlijk niet?
"Maar als je ergens tegen bent, moet je ook kunnen zeggen hoe het dan wel moet en niet zonder meer leuzen gaan lopen schreeuwen. Daarom praat ik over sommige dingen liever nog niet, omdat ik er zelf nog niet helemaal achter sta".

Hij is nog jong, maar is overtuigd van de dingen die hij zegt.
 "Ik heb echt niet alles zonder meer aangenomen, omdat het in de mode is. Ik heb serieus over alles nagedacht". Uit de woorden van de jonge provo blijkt wel, dat hij ervan overtuigd is, dat ieder mens in zijn opvattingen met rust moet worden gelaten, in alle opvattingen van religie tot sex".

Michael Hessel is hoofd-redacteur van het provo-blad: Questione di Verita. Volgens hem heeft het blad weinig zin, omdat het verspreidingsgebied hoofdzakelijk beperkt blijft tot Overberg maar hij blijft zijn medewerking aan het blad verlenen, omdat de mogelijkheid er in zit, dat de redaktie de toestemming krijgt de oplage te vergroten. "Het blad wordt gecensureerd, jammer, erg jammer!"

"Heel veel dingen, die er best in zouden kunnen - ik ben over 't algemeen helemaal niet fel - worden nu geschrapt. Het zou zo goed zijn als de mensen eens wat meer hoorden. We worden zo eenzijdig voorgelicht over Vietnam, Rusland en over alles". De interesse voor politiek van Michael is niet meer zo verwonderlijk, als hij vertelt da zijn moeder communiste was, eveneens fel tegen geweld en hetzelfde geldt voor zijn grootvader, die zich ook actief met de politiek bezighoudt, "Ik ben geen communist hoor, maar ik heb ook geen hekel aan die mensen. Ze zijn net zo goed als wij, maar ze hebben alleen een andere overtuiging".

Verder vindt hij Veenendaal conservatief en slap."Ook bijvoorbeeld de beatclubs. Ze durven niets te organiseren. Ook al weten ze dat ze niets hebben te vrezen, nog slikken ze alles. De Zolder gaat nog, maar 't Dingetje is verschrikkelijk".

Hij vindt dat het woord "provo" een verkeerde klank heeft gekregen: "Als de mensen een jongen met lang haar zien zeggen ze: "Kijk, daar gaat een provo". Die jongens denken trouwens meestal zelf ook dat ze provo zijn. Als ze dan ook nog ruzie zoeken met de politie worden ze zelfs "echte provo's" genoemd. Je begrijpt wel dat hier niets van klopt".

Van de honderd provo's zijn er misschien een kleine twintig "echt". De provo is echt geen zoete jongen, net zo min als iemand anders, maar hij is ook niet sexueel ontspoord, of een vechtjas.

Michael Hessel zou veel willen doen in Veenendaal, als hij er maar de toestemming voor kreeg en vooral de medewerking. "Ik zou echt niet het beeld bij het oude station in Veenendaal wit gaan schilderen. Als ons blad maar een grotere oplaag kreeg en als de mensen maar wilden praten, de waarheid wilden horen", zegt hij tenslotte.
(De Valllei, 8 april 1967)

Geen opmerkingen: