vrijdag 7 maart 2014

NEDERLANDS EERSTE BEATFAN BEKEERDER

Wie van zijn beatmanie af wil kan straks in Arnhem terecht

OMSCHOLING VAN BEATFAN TOT GEWOON BURGER

Wie behept is met beat, en er vanaf wil, kan -over een maand- genezing vinden  in Arnhem.
's Lands eerste beatfanbekeerder doktert er aan de laatste voorbereidselen tot een cursus 'Van Beatle tot Burger'. Plaats van handeling: de voormalige beattent Tivoli, aan de Velperweg.
Enige voorwaarde tot deelneming vooraf: lang haar eraf, stropdas om en een tientje op zak
Arno A. W. van Oort - beatfanbekeerder
Arno A. W. van Oort heet de nleuwe wonderdokter en hij is de eigenaar van hotel-cafe-restaurant Tivoli. Op de dag van zijn komst -vorig jaar 19 september- bracht hij er de beat tot zwijgen.
Hij ging grootscheeps verbouwen.
Dit is zijn plan:
Ik ga voorlopig eens per maand op zaterdagavonden speciale jeugddiners geven.
Diners-dansant.
"Voor een draaglijk prijsje, circa zes gulden zet ik de jongelui een diner voor en ik leer ze hoe ze een menukaart moeten lezen.
Een wijnhandelaar biedt elke keer gratis een glas wijn aan en houdt er een praatje bij.
Een sigarettenfabrikant zet op elk tafeltje een houdertje met verschillende sigaretten".
"Alle dansen zijn toegestaan. Fijne dansen zoals de tango en de foxtrot natuurlijk.
Een beatnummer mag er af en toe ook doorheen, hoewel je daar die lawaaigitaren weer voor nodig hebt. De jongelui moeten natuurlijk behoorlijk gekleed zijn -vandaar de eis van de stropdas, en ze moeten tevoren een tafeltje reserveren. Op het laatste moment binnenvallen kan niet.
Kortom: de jeugd kan bewijzen dat ze zich ook goed kan gedragen".

Filosofietje
De 42-jarige plannenmaker koestert de hoop een deel van Arnhems beatjeugd te grijpen met zijn idee.
Hij heeft daar zo zijn filosofietje over.
"Je moet die jongelui waardig behandelen. Als je agressief tegen ze doet, kun je een agressieve reactie verwachten.
Ik wil de goedwillenden als gewaarderde gasten behandelen en hun bieden wat zij in hun hart eigenlijk willen: respect, begrip voor hun opvattingen, hen beschouwen als volwassenen met innerlijke beschaving die weten hoe zij met mes en vork moeten omgaan, hoe ze een menukaart moeten lezen en hoe ze een wijn kunnen appreciëren".

Tivoli, Velperweg 37, Arnhem
Het maakt duidelijk welke gevoelens van afschuw zijn deel werden bij zijn eerste confrontatie met het oude Tivoli, waar vetkuiven, beataanbidders, aspirant-provo's en jeugd van anderen huize elkaar op de stoep met fietskettingen en einden hout plachten af te tuigen.
De avond voor zijn intrede als baas verkende hij het terrein.
Hij kan er nog van rillen. Alleen fluisterend erover spreken:
"Die beatclub, ik zal de naam maar niet noemen, want ik krijg nog dreigbrieven, had een of andere kerel weggehaald uit Engeland of Schotland, en horen en zien verging je. En ik heb ze wel uit de orkestbak gehaald, meneer. Meiden van veertien, zestien jaar die daar met die knullen aan de gang waren op een manier waar je u tegen zei.
Ze deelden er gewoon de pil uit. Toen heb ik gezegd: Eruit en nooit meer erin. Ze moesten wel, want ik ging verbouwen. Dat was ook hard nodig, want hierbinnen was het een soort vooroorlogse toestand, alles verouderd en verwaarloosd".

De verbouwing kreeg dezelfde energieke aandacht als de beatafdrijving.
Arno van Oort, voor het eerst van zijn leven horeca-exploitant na 28 jaar internationale portiers- en kelner-carrière verliet zijn herenhuisje en trok in boven zijn zaak, die hij snel nieuw (burgerlijk) leven inblies. Na de verbouwing heb ik gezegd: "Goed, wat doe ik nu voor de jeugd. Ik begon links en rechts wat te polsen onder de leerlingen van nabijgelegen scholen die hier zowat elke dag komen. Een soort opinie-onderzoekje.
Nou en er bleek wel belangstelling te bestaan voor mijn plan. Als het aanslaat, ga ik het twee keer per maand doen en later misschien wel iedere week.
Ik kan tachtig jongelui hebben, meer niet. Met dat aantal is het net nog prettig en gezellig. En ze mogen allemaal komen, als ze er maar netjes uitzien".

Aflopende zaak
En de beat, waar bleef sinds 19 september de beat?
Hij huivert even, knippert achter zijn zware bril en fluistert nog zachter dan gewoonlijk vanachter zijn hand: "D'r zijn nu twee centra voor beatfeesten. De exploitanten daarvan zitten nu met de rotzooi. Maar het is toch een aflopende zaak, hè, dat soort muziek. De jeugd wil in haar hart toch wat anders".
Volgende maand zwaait de deur van zijn onherkenbaar opgeknapte exbeatzaal weer open.
It's all over now.
(De Vallei, 3 april 1967)

Geen opmerkingen: